De beslechting van conflicten tussen landsheer en leenmannen met het recht en met het zwaard.

 

DE BISSCHOP VAN UTRECHT CONTRA DE HEREN VAN COEVORDEN.

 

In of omstreeks 1143 besloot de Utrechtse Bisschop Hartbert van Bierum het aanzien van zijn beide broers te vergroten door de oudste broer met de Prefectuur van het Burggraafschap van Groningen te belenen en de jongste broer te belenen met de jurisdictie over Drenthe en met het Burggraafschap van Coevorden.    Dit bisschoppelijke gebaar ging ten koste van de rechten van het bisdom Utrecht in het noorden van het Oversticht. Deze beleningen leverden in de loop der tijd de nodige conflictstof op tussen de bisschoppen die na Hartbert kwamen en de nakomelingen van de nakomelingen van Hartberts broers.
Met name de heren van Coevorden wisten een sterke positie in Drenthe op te bouwen en ontwikkelden zich tot een dynastie van semi-landsheren. De bisschoppen waren daarentegen  slechts voorbijgangers op de bisschopszetel en daarop geparachuteerd door de in- en rondom het bisdom gelegene gravenhuizen. Het kwam regelmatig tot wrijvingen tussen de bisschop als formele landsheer en de -van Coevordens- als would-be-landsheren van Drenthe. Deze wrijvingen werden soms langs juridische weg opgelost, maar niet zelden kwam het tot openlijke oorlog en werd het zwaard getrokken.
De Slag bij Ane in 1227 is een markant moment in de relatie tussen de bisschop en zijn leenman van Coevorden, en had zowel juridisch alsook een bloedig staartje.

De lezing van vanmiddag ging minder over het bloedvergieten dan over het juridisch afhechten van de conflicten.  Wij komen dan vooral bij de rol van het leenrecht terecht. De zogenaamde “Narracio”, het door een goed ingevoerde Utrechtse geestelijke opgestelde verslag van de voorgeschiedenis en de nasleep van de “Slag bij Ane” biedt een instructief inkijkje in de wijze waarop de landsheer met behulp van het leenrecht zijn greep op de – van Coevordens- probeerde te versterken en als dat niet werkte:  hoe werd overgestapt  op het toepassen van grof geweld. Rechtstoepassing en bloedvergieten lagen in de 12e en 13e eeuw dicht bij elkaar