Otto van Lippe was bisschop van Utrecht van 1216 tot 1227. Hij was de zoon van graaf Bernhard II van Lippe (1167-1224) en Heilwig van Ahr. Hij dankte zijn ambt aan de graven van Holland en Gelre. Die bemoeiden zich danig met de bisschopskeuze. Immers, de graafschappen Holland en Gelre werden ‘gescheiden’ door het machtsgebied van de bisschop: het Sticht en Oversticht.
In die tijd hanteerden geestelijken gerust het zwaard. Zo deed Otto mee aan de vijfde kruistocht. Hij kreeg het uiteindelijk wel aan de stok met die Hollanders en Gelderlanders, maar hij had het zwaarder te verduren in Friesland en Drenthe. De boeren aldaar wensten zich aan niemand te onderwerpen, dus ook niet aan het bisschoppelijk gezag. Otto’s voorgangers hadden daarom kastelen laten bouwen in Vollenhove en Coevoorden. Het mocht allemaal niet baten. Otto verloor zijn scalp in een moeras nabij Ane, 1227. Vrijwel zijn hele ridderleger werd afgeslacht.
Bron afbeelding: Drentsche Volksalmanak 1837. Drents Archief, Assen
www.xwashier.nl/plaats/ane